Mijn vader zat net in militaire dienst toen de oorlog uitbrak. Hij werd naar de afsluitdijk gestuurd om het land te verdedigen. Volgens zijn zeggen is hij er nooit aangekomen, omdat een boer uit de omgeving zei:
“Ik zou er niet heengaan jongen. Ik zie ze wel gaan, maar niet terugkomen. Kom maar met mij mee naar huis een kop koffie drinken”.
Nou nam mijn vader het met de waarheid niet zo nauw. “Je moet het altijd wat mooier en anders maken dan het is, dat vinden de mensen leuk” zei hij. Hoe dan ook, toe de oorlog afgelopen was, had hij zijn militaire dienstplicht amper vervuld. En nu moest hij naar Indonesië om de politionele acties voor te bereiden.
Mijn vader en moeder woonden na hun huwelijk in een oud huisje in de Weemstraat in Steenwijk. Mijn moeder was zwanger, toen mijn vader in mei 1946 op het schip de Kota Inten stapte om naar Indonesië te gaan. Hij wou niet en mijn moeder wou ook niet dat hij ging. Mijn moeder heeft nog een brief geschreven aan koningin Wilhelmina. Maar dat hielp niet.
In december 1946 is mijn broer geboren in villa Zonnehoek in Steenwijk. Dat was toen een kraamkliniek. Hij woog tien pond. Dat was wel bijzonder zo net de oorlog toen veel eten nog op de bon was.
Bovendien woog mijn moeder voor haar zwangerschap amper 49 kilo. “Ik kon door een lampenglas”, zei ze altijd.
Mijn vader had het geluk dat hij van beroep chauffeur en automonteur was. Op Java hield hij zich bezig met het wagenpark. Hij sprak eigenlijk nooit over Indonesië. Halverwege 1948 kwam hij terug. Mijn broer was anderhalf jaar en kon bijzonder goed praten.
Hij sprak zelfs Frans volgens mijn moeder, want ze had hem de woorden trottoir en portemonnaie geleerd.
Toen vader terugkwam in het straatje met die oude huisjes hing er een groot spandoek en de hele buurt liep uit. De buren vroegen ook de volgende dagen nog steeds aan mijn broer: “En Rinusje waarom is het feest bij jullie?” Hij had geleerd dat hij moest antwoorden dat zijn papa thuis was thuisgekomen.
Maar na de honderdste keer had hij er genoeg van en sprak verontwaardigd: ”Er is een vreemde man in ons huis en die slaapt bij mijn moeder in bed.”
Mensen die deze pagina bezochten gingen ook naar Oorlogsbelevenissen. Dit verhaal heb ik op verzoek van het Verzetsmuseum in Amsterdam geschreven. Het gaat over de belevenissen van mijn vader en moeder in de oorlog.
Mijn vader werd als chauffeur gevraagd Joodse onderduikers naar Friesland te brengen.
Vrijwel zeker werd hij hiervoor benaderd door de verzetsbeweging de Vrije groepen in Amsterdam.
Klik hier om naar de pagina te gaan.
Nieuwe reacties
29.08 | 12:28
Ik ben op zoek naar een reclame uit de jaren 70 in Amsterdam op h...
07.08 | 12:10
Ik zoek een reclame waarin een man vraagt naar het beroep van de m...
03.08 | 14:40
Ik ben op zoek naar een reclame van krasloten waar een voetbalclub ...
27.07 | 21:28
Ik heb ooit nog een Extra Verzekering gekocht bij Hans de Wolf! Een veilig gevoel!