Het werd een heel gekke tijd met wedstrijden georganiseerd door de buurtverenigingen en verkleedpartijen. De Harmonie liep op de Zaanweg en het andere orkest Exelsior probeerde het ook, maar daar waren alle mannen nog
niet terug uit Duitsland. De hele maand mei was een groot feest. In juni werden de scholen schoon gemaakt en mochten we even naar school C op de Beukenweg.
Een prachtig voorjaar met veel
pret en ook veel verdriet, want ik merkte ook op dat we sommige mensen misten. Ze waren ziek geworden en door de hinger verzwakt, stierven ze alsnog.
Ik ging over naar de vijfde klas, die werd
gedeeld met de zesde en we kregen les van meester Heijndijk. We zongen alle Nederlandse liedjes, zoals Hollands vlag je bent mijn glorie en Waar de blanke top der duinen. We zongen en sporten veel en we kregen weer een beetje vlees aan onze botten. Ik
kreeg tot mijn grote schrik ook borsten en vond dat niet leuk.
We gingen zwemmen met school in het Zwet en wie het nog niet kon kreeg les. We waren met een rot gang alles aan het inhalen.
We kregen vitamine balletjes en injecties. Er was schurft en zweren. Het was te zien dat we allemaal een heftige tijd hadden meegemaakt.
Maar
we waren gelijk. We hadden allemaal niets, er was geen competitie onder de kinderen. We zaten in het zelfde schuitje en we waren allemaal blij dat we weer gewoon naar school gingen.
Natuurlijk
hebben wij onderwijs gemist, maar we dachten dat we alles wisten en waren gelukkig.